Goedgekeurd met volgende stemming:
Artikel 1.
Er wordt met ingang van heden tot en met 2025 een retributie geheven voor innings- en aanmaningskosten van openstaande terugvorderingen.
Artikel 2.
De retributie wordt als volgt vastgesteld:
Alvorens een dwangbevel wordt opgemaakt, wordt het overzicht van de betreffende terugvorderingen voorgelegd aan de maatschappelijk werkers van het OCMW. De maatschappelijk werkers maken voor elk dossier van de gekende OCMW-cliënten een inschatting aangaande de vermogendheid tot terugbetaling. Indien een terugbetaling volgens hun inschatting niet haalbaar is, wordt geen dwangbevel betekend. Dergelijke attestering van de sociale dienst van het OCMW leidt tot oninbaarstelling van de openstaande terugvordering.
Artikel 3.
De retributie is verschuldigd door de schuldenaar van de onderliggende terugvordering.
Artikel 4.
Bij betaling zullen eerst de volgens onderhavig retributiereglement aangerekende administratiekosten aangezuiverd worden en vervolgens de openstaande terugvordering (hoofdsom).
Artikel 5.
De invordering van de retributie zal gebeuren, samen met de hoofdsom, bij dwangbevel voor de niet betwiste terugvorderingen en overeenkomstig de wetsbepalingen betreffende de burgerlijke rechtsprocedure voor betwiste terugvorderingen.
Artikel 6.
Dit reglement wordt op de gemeentelijke website bekend gemaakt.
Artikel 7.
Afschrift van deze beslissing wordt via het digitaal loket aan de heer provinciegouverneur toegestuurd.